cavia

 

Cavia (Cavia porcellus)

Algemene kenmerken:

Knaagdier, planteneter, groepsdier. Lengte: rond 30 cm.

Gewicht: rond 1 kg. Leeftijd: 4 tot 8 jaar.

 

Varianten:

Er zijn caviarassen met verschillende vachttypen, zoals gladharig, borstelharig, gekruind en langharig, en ook haarloze cavia’s. Ook zijn er allerlei kleurvarianten.

 

Natuurlijk gedrag:

De cavia leeft in groepen waarin een rangorde bestaat. Hij is vooral actief in de schemering en overdag.

 

Huisvesting:

De cavia is een groepsdier, dus houd hem met soortgenoten. Mogelijke combinaties:

  • 2 of meer vrouwtjes, liefst vanaf jonge leeftijd
  • 1 man met 1 of meer vrouwtjes: de man moet tenminste 6 weken geleden gecastreerd zijn voor u de dieren samen zet om ongeplande nestjes te voorkomen.
  • 2 mannetjes: dit kan goed gaan, liefst vanaf jonge leeftijd bij elkaar en gecastreerd, en zonder vrouwtjes in de buurt want dat kan ruzie

 

Niet elke combinatie van dieren gaat zomaar goed, de koppeling van twee cavia’s moet voorzichtig en stap voor stap worden aangepakt.

 

Het is niet aan te raden een cavia met een konijn te combineren. De dieren begrijpen elkaar niet goed, hebben ander voer nodig en kunnen ziektes op elkaar overdragen.

 

Binnenverblijf:

Kies een basishok van tenminste 120 x 50 cm voor 2 dieren. Koppel een vaste ren aan het hok of laat de cavia’s dagelijks in een ren lopen. Zet het hok niet in de volle zon en niet op de tocht. Haarloze cavia’s hebben een temperatuur van 22-24 graden nodig, voor andere cavia’s is 18 tot 21 graden optimaal.

Bodem: liefst strooisel van korte hennepvezels of op cellulose- of papierbasis of eventueel fleecekleden; kies voor langharige cavia’s iets dat niet in de vacht blijft hangen. Vermijd stoffig materiaal of hard materiaal dat de kale voetzolen beschadigt. Inrichting: zorg voor meerdere schuilplaatsen, drinkbakjes en voerbakjes. Geef speelgoed en wissel dat regelmatig om. Geef haarloze cavia’s een slaapzakje.

 

Buitenverblijf:

Dit is eventueel mogelijk, onder voorwaarde dat er meerdere dieren samenleven en er een goed wind- en waterdicht nachthok is met een flinke ren. De dieren moeten vanaf de zomer buiten hebben geleefd zodat ze een wintervacht opbouwen. Zorg in de zomer voor schaduw. Haarloze cavia’s kunnen niet buiten wonen.

 

Verzorging:

Geef dagelijks schoon water en voer en haal voedselrestjes weg, verwijder natte plekken. Maak wekelijks het hele hok schoon.

Pak de cavia’s niet te veel op, dat vinden ze niet prettig. Gebruik altijd twee handen en ondersteun het achterlijf. Houd regelmatig de nagels bij en controleer de voortanden. Langharige cavia’s moeten dagelijks gekamd worden.

Geef de cavia’s iets te doen, bijvoorbeeld door voerverrijking of training.

 

Voeding:

De cavia heeft vezelrijk, plantaardig voer nodig. Vers (kruiden)hooi is de basisvoeding en moet altijd aanwezig zijn. Het zorgt voor het onderhoud van gebit en darmen. Geef daarnaast wat droogvoerkorrels (liefst geen gemengd voer), groenten en eventueel een klein beetje fruit. Cavia’s hebben speciaal caviavoer met vitamine C nodig. U kunt ook vitamine C in tabletvorm geven. Wen de cavia heel langzaam aan nieuwe groenten zodat hij geen darmproblemen krijgt. Niet elke groente is geschikt.

Zorg voor takken van wilg, hazelaar of fruitbomen om te knagen.

 

Gezondheid en ziekte:

Goede voeding, genoeg beweging en weinig stress zijn belangrijk voor de gezondheid van de cavia. Veelvoorkomende aandoeningen zijn gebitsproblemen, darmproblemen, voetproblemen, luchtwegaandoeningen en vachtproblemen door o.a. parasieten.

Sloomheid, slechte eetlust, afwijkende ontlasting en een slechte vacht zijn tekenen van ziekte. Raadpleeg dan een dierenarts en wacht vooral niet te lang. Zeker als de cavia niet wil eten moet u direct actie ondernemen.

 

Ervaring:

Voor het verantwoord houden van cavia’s is geen speciale ervaring nodig. Realiseer u dat dieren met een apart vachttype of haarloze dieren extra aandacht vergen.

 

Aanschaf en kosten:

Let bij aanschaf goed op gezondheid en op het geslacht van de dieren. Eenmalige kosten: cavia’s, hok met inrichting, ren, eventuele castratiekosten.

Terugkerende kosten: voer (hooi, droogvoer, groente), bodembedekking, speelgoed, dierenartskosten.