
Mongoolse gerbil (Meriones unguiculatus)
Knaagdier, groepsdier.
Lengte: 10 tot 14 cm (staart 9 tot 12 cm). Gewicht: gemiddeld 100 gram.
Leeftijd: gemiddeld 3-5 jaar.
De wildkleurige Mongoolse gerbil heeft bruine haren met zwarte puntjes (agouti) en een crème-witte buik. Er zijn verschillende kleuren gefokt waaronder geel-wildkleur, wit, zwart, crème en gevlekt.
Mongoolse gerbils leven op zanderige steppen in zelfgegraven gangenstelsels. Het zijn groepsdieren met een territorium dat streng bewaakt wordt tegen indringers. In de groep heerst een strikte rangorde. Mongoolse gerbils wisselen perioden van activiteit af met slapen, zowel overdag als ’s nachts. Ze kunnen goed springen, knagen en graven.
De Mongoolse gerbil is een sociaal dier dat met soortgenoten gehouden moet worden. Zet echter nooit dieren die ouder zijn dan zo’n acht weken zomaar bij elkaar, dat leidt vaak tot hevige gevechten. Schaf twee of meer jonge dieren aan die samen opgroeien. Groepjes van alleen mannen zijn meestal het vreedzaamst. Zet geen ongecastreerde mannetjes en vrouwtjes bij elkaar om voortplanting te voorkomen.
Gerbils moeten kunnen graven: kies een verblijf waarin een dikke bodemlaag van minimaal 25 cm past en liefst meer, zoals een aquarium of terrarium. Gebruik geen plastic, daar knagen ze doorheen. Tralies zijn ongeschikt. Een verblijf van tenminste 100x50x60 cm (bxdxh) is geschikt voor twee gerbils, voor elk dier extra is 20-25% meer ruimte nodig. Boven de bodembedekking moet minimaal 30 cm ruimte zijn zodat de gerbils overeind kunnen staan. Gebruik een deksel van stevig, fijnmazig gaas.
Zorg voor tenminste één donker slaaphuisje met meerdere buisvormige ingangen en liefst met meerdere kamers. Geef daarnaast meer schuilmogelijkheden.
Als nestmateriaal kunnen hooi, papierstroken of tissue gebruikt worden. Gebruik geen synthetische of katoenen hamsterwatten of materiaal waar draden af komen.
Meng voor de bodem stofarme houtvezel met hooi en stro zodat de gerbils gangen kunnen graven. Gebruik liever geen zand, dat is kou en zwaar en kan instorten.
Zet inrichting stevig neer op harde ondergrond zodat het niet verzakt als de dieren gangen graven. Zorg dat zware voorwerpen niet kunnen omvallen. Wilt u een looprad geven, kies dan een groot rad met een doorsnede van tenminste 30 cm zodat de gerbil niet te krom loopt. Het loopvlak moet dicht zijn en er mogen geen spijlen zijn waar de staart tussen kan komen.
Gerbils houden hun vacht schoon door een zandbad. Geef hen een stevige bak met chinchillazand.
Gerbils kunnen erg goed knagen, kies geen kunststof materiaal dat kan splinteren en houd er rekening mee dat hout kapot geknaagd wordt. Gebruik stenen voerbakjes en een glazen waterfles.
Geef dagelijks schoon water en voer en haal voedselrestjes weg. Was regelmatig het drinkflesje en voerbakje. Maak elke 1-2 weken het verblijf schoon maar verwijder niet al het bodemmateriaal: dan gaat de vertrouwde geur verloren en dat kan stress en gevechten geven. Vervang het chinchillazand en maak regelmatig de inrichting schoon. Gerbils zijn geen knuffeldieren. Schep hen voorzichtig op met beide handen of laat ze in een bakje lopen. Pak hen nooit bij de staart: de huid kan dan loslaten.
Schijngevechten met achterna rennen en ‘boksen’ horen bij het gerbilgedrag. Er kunnen echter ook serieuze gevechten ontstaan waarbij dieren verwond worden. Lees voor meer informatie de Huisdierenbijsluiter van de Mongoolse gerbil.
Gerbils eten voornamelijk plantaardig, maar ook wat dierlijk voer zoals insecten. Geef speciaal gerbilvoer. Vul dat aan met wat vochtarme groente of fruit en af en toe wat dierlijk voer als een hondenbrokje of meelworm. Geef niet teveel, ongeveer 7-15 gram per gerbil per dag is voldoende. Sommige gerbils worden snel dik, houd het gewicht van de dieren in de gaten en geef niet teveel extraatjes. Zorg ervoor dat er altijd voldoende schoon water is. Geef knaagmateriaal zoals wilgen- of fruitbomentakken.
De meest voorkomende aandoeningen bij gerbils zijn diarree (vaak door teveel groenvoer), gebitsproblemen en bij mannetjes een ontstoken geurklier op hun buik. Gerbils kunnen een vorm van epilepsie ontwikkelen waarbij aanvallen worden uitgelokt door stress. Ook komt de besmettelijke ziekte Tyzzer’s disease voor. Raadpleeg altijd een dierenarts als u vermoedt dat uw gerbil ziek is. Moet u naar de dierenarts, neem dan liefst alle dieren mee want een dier dat anders ruikt, wordt vaak aangevallen.
Voor het verantwoord houden van Mongoolse gerbils is geen speciale ervaring nodig. Beginners kunnen het beste starten met een groepje van twee mannetjes.
Let bij aanschaf goed op de gezondheid. Een gezonde gerbil is actief en nieuwsgierig, heeft een glanzende, aangesloten vacht, droge ontlasting en eet en drinkt goed.
Eenmalige kosten: de gerbils, een verblijf met inrichting. Terugkerende kosten: voer, bodembedekking, dierenartskosten.